Afscheid Hans Molenaar
Twee vooraanstaande nieuwslezers bij de radio houden de ethergolven voor gezien. Jan Schippers en Hans Molenaar nemen deze week op een feestelijke receptie afscheid van de microfoon. Jarenlange diensten met nieuwsberichten vergaren, omzetten in goed Nederlands met de nodige details, maar toch niet te lang, want je hebt maar twee minuten de tijd: het gaat je niet in de koude kleren zitten.
Op deze pagina bijdragen van Gerard Smit, Nico Steenbergen, Leo van der Goot, Marc van Amstel, Eric Post en Hans Hogendoorn over Hans Molenaar.
AFSCHEID HANS MOLENAAR
Tekst: Hans Hogendoorn
Hans Molenaar is zijn carrière op zee begonnen, daarom gaat deze pagina over hem.
Toen Hans medio 1972 een auditiebandje kwam maken bij Radio Noordzee, in de Hofstede Oud-Bussem, wist ik dat we een kei aan de haak hadden. Wat hemzelf betreft hoefde het niet zo. Hij had die dag ook andere dingen kunnen doen, maar ja, hij was toch in de buurt. En eenmaal weer thuis op die vrijdag, zo wil hij nog wel eens vertellen, vergat hij de zaak, hij vond het toch maar niks. Vertaler worden, dat leek hem ook leuk. Totdat de telefoon ging.
De dinsdag erop zat hij al aan boord, zo serieus namen wij Hans. Vanaf 21 augustus 1972 bezorgde die man in ons team het Radio Noordzee Nieuws een extra geloofwaardige basis.
In die anderhalf jaar op de Mebo 2 ging hij ook programma's presenteren. Nou, laten we zeggen: een goede nieuwslezer is niet hetzelfde als een bevlogen, uitbundige presentator. Maar hij bleek ook improviserend een trefzekere woordkeus te hebben met een soort onderkoelde humor die in het Engelse taalgebied wel "tongue in cheek" heet.
Hans bouwde zo een schare trouwe fans op, die zijn voorkeur deelden voor de zotheid van Sjef van Oekel, maar ook voor de minder bekende of vergeten briljantjes uit de popmuziek van de periode 1950-1965. Vandaar de titel 65-, die Gerard Smit bedacht voor dat ene uurtje per week oude plaatjes. Waarvoor hij, weet Leo van der Goot nog, zelfs de zolders van de Hofstede afschuimde. Daar lagen veeele geflopte singletjes te verstoffen, en Hans ontrukte ze aan de vergetelheid. Aan die gelukkige periode kwam een eind in januari 1974, toen Hans in dienst trad bij de "Radionieuwsdienst, verzorgd door het ANP". En betaald door de NOS.
Zelf ben ik altijd voorstander geweest van het "herschrijven" van nieuwsberichten. Zo zou je uur na uur een nieuwsfeit indringender bij de luisteraars kunnen brengen. Ik had daarin wel wat medestanders, maar daar hoorde Hans geloof ik niet bij. Later, toen het Radionieuws van het Melkpad was verhuisd naar het souterrain van het Muziekpaviljoen, gingen we vanuit de studio's van Langs de Lijn en Met het Oog op Morgen nog weleens buurten. Daar wist Hans me eens op de van hem bekende afgemeten toon toe te vertrouwen dat je "een goed bericht maar op één manier kan schrijven". Geen discussie mogelijk.
Soms wilde Hans weleens terugkijken. Vooral bij stormachtig weer, waarop je in de laatste jaren vanaf de vijfde verdieping van het Mediacentrum goed kijk had, konden Hans' ogen mistig worden als hij mij vroeg: Heb je nu ook zo'n zin om weer eens aan boord van die Mebo te staan, midden tussen die hoge golven? Dan gingen wij woelige ervaringen uitwisselden, en zag je collega's soms met grote ogen kijken. Dat was een kant van Hans Molenaar die zij niet zo kenden.
Hij was in de loop van de jaren naar mijn idee zózeer redacteur geworden, dat ik zijn stem op de radio begon te missen. Later is dat geloof ik wat bijgetrokken. Daarnaast ging hij zich bezighouden met het begeleiden van nieuwe, jonge, en minder jonge collega's. Coaching mag dan bij de omroep niet meer overal even doeltreffend 'en vogue' zijn, bij het Radionieuws blijven ze dat héél serieus nemen. Hans mag daarmee blijven doorgaan.
Hoor je een goede nieuwslezer, hoor je dan misschien ook nog wel een beetje Hans Molenaar? Dat zou toch niet zó goed zijn. Maar goede adviezen, daar kom je ook een eind mee.
En zo lang de NOS nog een klein kamertje beschikbaar heeft, kun je daarin regelmatig twee mensen op hun gemak tegenover elkaar zien zitten. En één van hen praat met zachte stem, en verhaalt van zijn avonturen en legt nog wat uit. De ander luistert en bereidt zich voor op het moment dat hij of zij zelf alleen zit in een kleine stille spreekcel, wachtend op het rode licht.
Het sein voor elke stem om de reis te ondernemen naar een luidspreker. Bij iemand thuis.
GERARD SMIT OVER HANS MOLENAAR:
Ik herinner me een heel klein stukje gezicht, half verborgen achter een bril en de rest omkranst met lang haar, zowel van zijn schedeldak als onder zijn kin en neus. En bijna altijd stak tussen al dat haar een hangpijp eigenwijs de kop op, de tabak vaak niet eens brandend.
Verder droeg Hans truien van een onbestemd model, een onbestemde kleur en een onbestemde stof, met daaronder een spijkerbroek, die waarschijnlijk ergens in de aanbieding op de kop was getikt. Hij hechtte niet aan uiterlijkheden en was eigenlijk de levend geworden geitenwollensokkenpersoonlijkheid.
Een saai en sloom uiterlijk, maar fanatiek en gedreven om het nieuws snel, puntig en goed onderbouwd te brengen. En hij had er een gave voor. Hij las zo overtuigend dat de mensen hem waarschijnlijk nog zouden geloven als hij serieus voorlas dat de maan in beslag was genomen door de Belastingdienst.
Verder was hij verzot op oude muziek. Ik herinner me dat ik voor hem de titel van zijn programma bedacht: 65- (min, alle muziek was bijna bejaard, en van vóór 1965). Als Hans met dat programma aan het werk was, leefde hij nog meer in zijn eigen wereld dan hij normaal al deed. Je had een kanon kunnen afschieten of de Mebo 2 kunnen laten zinken, maar Hans zou gewoon door zijn gegaan met het liefdevol afdraaien van zijn geliefde oudjes.
En nu behoort ie, net als al zijn collega's uit die tijd, zelf tot de oudjes. Maar ja, dat is inmiddels ook oud nieuws... Maar oud nieuws kan juist heel leuk zijn...en is in ieder geval minder hectisch.
Hans, geniet er van man. Doe wat je leuk vindt en hopelijk schrijf jij de enige echte gouwe ouwe encyclopedie. Lijkt me een klus die je op het lijf geschreven is.
NICO STEENBERGEN OVER HANS MOLENAAR:
Het zal eind 1973 zijn geweest. Hans was intussen ingeburgerd bij RNI. Voor zover dat kon natuurlijk. Ik was verkast van de Mebo 2 naar de hofstede Oud Bussem. Jawel met een E.
En daar hadden Hans en ik geanimeerde gesprekken over muziek. Vooral die van zo rond 1960. Hans bleek een wandelende database en kon vertelen over bands waar ik nog nooit van had gehoord.
Ik was er intussen achter dat ik niet de beste DJ ter wereld was en dat de kans dat dat er ooit nog van zou komen niet zo groot was. Dat had natuurlijk geen stimulerend effect op de motivatie.
Ik bood Hans aan het laatste half uur van het programma, ik denk op woensdagavond tussen half acht en acht te vullen met zijn favoriete bands. Omdat ik de muziek leuk vond en eerlijk gezegd ook uit pure luiheid.
Dat werd in die tijd gewoon even geregeld, we vonden het niet nodig de programmaleiding te informeren, laat staan te vragen of ze het goed vonden.
Hans ging voortvarend van start, maar was, als ik mij goed herinner, al snel door zijn plaatmateriaal heen.
Wie de RNI studio in de Hofstede ooit heeft bezocht weet dat die in een bijgebouw was gevestigd. De helft van de begane grond was voor de studio, de andere helft was voor de voorraad van de boekenuitgeverij.
En er was een grote zolder.
Daar hebben zich allerlei zaken afgespeeld waarover smakelijk kan worden verteld, maar daar gaat het nu niet om.
Op die zolder stonden dozen vol LP’s en singles van platenmaatschappij Basart.
Erg veel platen. Die niet het succes hadden gekend dat de makers in gedachte hadden. Zo waren daar de stille getuigen van de te hooggespannen verwachtingen van de introductie van de Woopie Wip.
Niet echt zijn smaak, maar toch trof ik Hans op een dag aan in een ongekend grote staat van emotionele opwinding.
Dat was op zich al tamelijk uniek.
De opwinding betrof een vondst op zolder. Ver weggestopt achter Jan Boezeroen en de Accordeon Virtuozen had hij stapels, voornamelijk Amerikaanse persingen gevonden van gevierde vijftiger jaren artiesten. Veel eerlijke rock and roll.
De platen kwamen van de muziekuitgeverij die de nummers kennelijk destijds in het fonds had, maar waar niemand meer naar had omgekeken.
Het was een, ook voor die tijd, prachtige en unieke verzameling, en Hans heeft er de luisteraars van 65 min ongetwijfeld veel plezier mee gedaan.
LEO VAN DER GOOT OVER HANS MOLENAAR:
Ik moet bij Hans Molenaar altijd denken aan de "fles terug". Hij had dat muziekprogramma met die oude platen, 65-, en we hadden die jingle van onze engelstalige collega's met als tekst RNI Brings You A Flashback! Toen heeft Peter Holland voor Hans die kreet verHollandst (U snapt de woordspeling) tot Radio Noordzee Brengt U Uw Fles Terug!
Ook moet ik denken aan die lange, lange avonden, dat we in de kombuis of op het achterschip onder de sterrenhemel zaten te bomen over van alles en nog wat, en dan kon hij wel tekeer gaan als de Spaanse furie. Dan lagen we dubbel! Hans had aan boord soms heel idiote invallen, en is eigenlijk een heel lieve man, met een wonderlijke muziekkeus. Het was een leuke tijd.
Jammer dat ik er niet bij kan zijn - als ik in het land was geweest had ik hem zeker even de hand gedrukt.
Hans, het ga je goed.
MARC VAN AMSTEL OVER HANS MOLENAAR:
Hans Molenaar en ik kwamen samen in dienst bij Radio Noordzee, in augustus 1972. Afhankelijk van de roostering hebben we natuurlijk nogal eens samen aan boord gewerkt. En wanneer ik thuis was kon ik naar hem luisteren, op de 220 meter middengolf.
Ik waardeerde hem vanaf het begin om zijn vakmanschap en presentatie. En bovendien was het gewoon een prettig mens om mee te werken. Dat vonden ze bij het toenmalige ANP op het Melkpad geloof ik ook, want hij verliet ons al eind 1973.
Het is misschien gek, maar uit die periode zijn me zo weinig anecdotes of grappige voorvallen bijgebleven. Het was gewoon een geweldig leuke tijd!
Ik wil vrijdag zeker even op de receptie Hans de hand schudden, dat is het minste wat ik voor hem kan doen.
ERIC POST OVER HANS MOLENAAR:
Hans Molenaar; het laatst wat ik me van hem persoonlijk herinner dateert van zomer '99: de reünie "RNI 25 jaar weg" in het Strengholt-paleis. Ik stond in een groepje te praten en zag vanuit een ooghoek, ergens bij de bar, Hans Molenaar. En ik dacht:
"Straks even mee praten, benieuwd wat voor man dat eigenlijk is, nooit zo'n duidelijk beeld van gekregen of het is op z'n minst vervaagd. Van een kwart eeuw geleden herinner ik me nog dat ik hem wel sympathiek vond, maar ook een beetje raadselachtig. Het staat me nog wel bij dat hij hoge eisen stelde aan de kwaliteit van z'n werk. Taal moest kloppen, feiten moesten gecheckt. Was hij niet de man van het programma over b-kantjes van singles? En was hij niet degene die dan allerlei onwaarschijnlijke details wist op te dissen over die b-kantjes en dat presenteerde met de licht onderkoelde stijl en dictie van een uiterst doorwrochte BBC-documentaire over de geschiedenis van één of andere gehieme dienst in het voormalige Oostblok? En over Oostblok gesproken: had hij geen openlijke sympathie voor het communisme, of was dat alleen maar roddel en achterklap, of een waanidee van mijzelf, gevoed door zijn ietwat morsige baard en dito pijp die in onze kringen op z'n minst als afwijkend zal zijn beschouwd? Hoewel, baarden waren er natuurlijk meer. Toch was hij anders dan de rest, "netter"of zoiets en tegerlijkertijd onconventioneler. Weet het niet precies, het beeld is een beetje diffuus. Ja, hij was natuurlijk jarenlang die, meestal anonieme, stem van het ANP waarbij ik altijd dacht: "ik weet lekker dat deze man er heel anders uitziet dan je denkt, met die baard en die regenjas", als hij die tenminste nog had in die tijd. Volgens mij heb ik nog samen met hem nieuws gemaakt aan boord van de Mebo, maar denkelijk niet zo vaak, de herinneringen zijn vaag. Ik moet straks echt eens even met hem gaan praten om die herinneringen aan te scherpen en te vragen hoe hij terugkijkt op die tijd......".
Dat dacht ik toen in 1999. Toen ik mij een kwartier later had ontworsteld uit het groepje liep ik in de richting van de bar waar ik Hans Molenaar had gezien: hij was verdwenen! Ook elders op het feestje was hij niet meer te vinden. Iemand vertelde me dat hij het na korte tijd voor gezien had gehouden. "Teveel prietpraat", had hij gezegd en hij was vertrokken. Leuke, raadselachtige man.
Coordinatie & samenstelling: Hans Hogendoorn
Copyright foto's: Freewave Foto Archief & Hans Hogendoorn