Zeezender uit 1936
Tijd om weer eens een enorme sprong in het archief te maken en let op want er komt zeer interessant archief materiaal tevoorschijn uit het jaar 1936, precies dertien jaar voordat Hans Knot werd geboren. Hij memoreert aan een radio project, dat werd opgezet met twee doelen.
Allereerst het amuseren van de luisteraars, die in het bezit waren van een radio aan land en hetzelfde met de passagiers aan boord van het schip de MV Kanimbla en dat via het gebruik van een intern speaker circuit.
Op zoek naar een totaal ander document uit mijn archief trof ik een archiefmapje ‘Australië’ aan waarin een aantal artikelen, dat deels betrekking had op een zeer vroeg zeezenderproject dat gerund werd vanaf een passagierschip. Het eerste artikel is afkomstig uit het tijdschrift ‘Broadcast’ uit 1936 waarin allereerst melding werd gemaakt van radio uitzendingen in Australische wateren, met gebruik van Britse apparatuur. Het station was actief via gebruik van de scheepvaartband en volgens de journalist van het artikel werd een zogenaamd ‘zee tot kust’ programma uitgezonden. Al in de jaren tachtig was ik via een publicatie van de toen wereldwijd bekende DX’er Arthur Cushin op de hoogte gekomen van deze uitzendingen, hoewel toen nog op summiere wijze.
Wel werd er toen al melding gemaakt van een splinternieuw schip dat was overgevaren vanuit het Ierse Belfast naar Sydney en daar was aangekomen in de week voordat de eerste echte uitzendingen een aanvang namen. Als herkenningsnaam voor het radiostation werd ‘9MI’ gebruikt en men straalde een combinatie van spraak en muziek uit. Men verzorgde de uitzendingen vanaf de MV Kanimbla, wat voor die dagen een uiterst moderne boot was die ondermeer was uitgerust met een zender van 1,5 kW en speciale studio’s. De zender was kristal gecontroleerd en was ontworpen om te worden geactiveerd op frequenties tussen de 20 en 50 meter band. De signalen werden vooral uitgezonden via de 25.54 en de 49.47 meter. Het artikel repte erover dat in de meeste gevallen tijdens de reizen langs de Australische kusten het mogelijk was de luisteraars in het thuisland te bereiken. Ook hadden de uitzendingen, die plaats vonden als men ‘overzee’ was, een behoorlijk bereik. Voor dit laatste doel was het schip uitgerust met een kortegolf zender. Een ander artikel sprak over de uitzendingen het volgende uit: ‘De zender, die sinds het vertrek uit Belfast voornamelijk in gebruik was, stelde de eigenaren tijdens de reis naar Sydney in staat om in contact te blijven met de commandant van de MV Kanimbla’.
Ook was het gedurende de officiële eerste tocht mogelijk voor Mr. Fisk, de voorzitter van de Amalgamated Wirelss – de onderneming die de zender bouwde – mogelijk constant contact met de kapitein van het schip te onderhouden. De mooi uitgeruste studio’s op het schip waren replica’s van de moderne studio’s die men overzee in gebruik had. Men had een hoofd presentatrice gevonden in de persoon van Eileen Foley, die afkomstig was uit Sidney. Gedurende de overtocht waren de programma’s ook beschikbaar voor de vele passagiers via een groot aantal speakers aan boord van het schip. Alle programma’s, die via de zender eruit gingen, werden live aan boord van de MV Kanimbla gemaakt. Via het speakersysteem kon zelfs een keuze gemaakt worden uit drie verschillende programma’s. Eén bestond uit sportresultaten en verslaggeving die werden opgepikt van stations aan land en gerelayeerd werden via de speakers. Ook werden er artiesten gecontracteerd voor de periode van een reis om de passagiers en de luisteraars aan land te plezieren.
Een speciaal verslag over de uitzendingen van het station vond ik terug in de verslaggeving van The World Radio Conference, die in april 1938 werd gehouden in Sydney. Het was Eileen die tijdens de conferentie haar ervaringen vertelde aan de deelnemers: ‘Tijdens de allereerste officiële uitzending van het station, die plaats vond op 28 mei 1936 op de reis naar Australië, waren we ongeveer 1000 mijl verwijderd van Sydney. De opwinding aan boord was groot want niemand wist wat er echt zou gebeuren en of de atmosferische omstandigheden van invloed zouden zijn. Het door ons uitgezonden programma werd tevens door de nationale radiostations in Australië vanaf acht uur in de avond direct overgenomen. De omstandigheden waren rond 20 minuten voor de start van het programma erg slecht. We hadden echt het idee dat de pionieruitzending de mist in zou gaan. Gelukkig won het optimisme het die dag en herstelden de omstandigheden. Achteraf werden de uitzendingen zeer positief ontvangen. Met de Kanimbla waren we al heel lang op reis en eigenlijk waren we nog niet in slechte weersomstandigheden geweest. Slechts een enkele keer rolde het schip zwaar over de golven waardoor dingen, die op de tafel lagen, door de studio vlogen.’
Eileen Foley vertelde vervolgens hoe ze haar luisteraars hierover had geïnformeerd: ‘Ik heb mijn luisteraars vervolgens gevraagd even geduld te hebben zodat ik me uit de situatie kon redden waarbij alle platen en het meubilair doorelkaar was geschud. Op een bepaald moment was de balans op het schip terug en zoals altijd moest de show doorgaan. Op zulke momenten denk ik maar aan de eeuwige optimist die uit een gebouw van tien verdiepingen viel en bij ieder raam tegen zijn vrienden schreeuwde dat tot op dat moment alles goed ging.’
Ze had trouwens meer te vertellen over de programmering en de artiesten: ‘Naast het samenstellen van veel programma’s met gebruik van een grote platencollectie hebben we de beschikking over ‘The Kanimbla Quartette of Girls’. Bovendien hebben we regelmatig getalenteerde artiesten aan boord die niet alleen met ons meevaren maar ook deelnemen aan de programma’s. Ook hebben we zeer goede sprekers die via 9MI hun verhaal doen. ondermeer was Sir Ernest Fisk aanwezig, die ongelofelijk goed weet om te gaan met het gebruik van de microfoon en een enorm goed gevoel voor humor heeft en derhalve een genot van het beluisteren waard was en dus veelvuldig aan het woord is geweest.’
Onder de andere personen,die zich lieten horen, herinner ik me Sir Edward Cunningham, Sir Wallace Bruce, ex burgermeester van Adelaide, Professor Charteris van de Universiteit van Sydney en vele anderen. Afgaande om de meest bekende artiesten wil ik Richard Crooks noemen waarbij ik de kans had hem te interviewen terwijl hij met zijn gezin op reis was met het schip van Sydney naar Melbourne. Richard was behoorlijk onder de indruk over onze drijvend radiostation en op het moment dat ik hem interviewde dacht ik, dat met enige overtuiging, hij wel gevraagd kon worden iets voor de radio te zingen. Tegelijkertijd besefte ik dat hij op vakantie was en onderdrukte ik mijn verlangen die mooie stem te horen via gezang.’
Er waren genoeg andere artiesten die er voor kozen met de MV Kanimbla op reis te gaan, zo herinnerde Foley zich: ‘ Het is heel interessant om te constateren hoeveel radioartiesten er voor hebben gekozen te reizen met de Kanimbla. Het leek erop alsof de microfoon die ze aan land hadden achtergelaten, nog steeds bij hun in de buurt was. Het was gelijk aan buschauffeurs die zich vaak tijdens hun vakantie met een bus laten verplaatsen en ik weet wel dat dergelijke gasten voor ons erg welkom waren. De passagiers aan boord van de Kanimbla krijgen tevens de mogelijkheid zichzelf achter de microfoon te begeven om het medium uit te proberen. Tijdens elke trip worden onze radioprogramma’s aan boord verspreid via een groot aantal speakers. Deze uitvinding trekt enorme belangstelling en door de passagiers mee te laten doen is al enig talent ontdekt. onlangs werd een van de deelnemers aan het programma ‘ National Parade’ tijdens een overtocht ontdekt door een manager van een radiostation aan land die enorm onder de indruk was van de stem en hem een baan aanbood.’ Aldus Foley in de Proceedings of the World Radio Conference van 1938.
Eileen was echter niet de enige die bij het radiostation de microfoon hanteerde. Zeer regelmatig was ook de stem van Kapitein Smith te horen die niet alleen het weer voor de luisteraars in de gaten hield maar ook allerlei andere interessante nautische verhalen wist te brengen. In die tijd hadden natuurlijk weinig mensen de beschikking over een eigen ontvanger maar diegene die er wel een had kon de signalen zonder problemen aan land ontvangen tijdens de reizen langs de kusten van Australië. Honderden brieven van luisteraars kwamen er in de begindagen van het station binnen bij 9MI, die allen beantwoord werden met een QSL kaart. Op een verre reis, toen de Kanimbla voor de oost kust van Afrika vaarde, werden de korte golf signalen zonder problemen in Australië ontvangen en kwamen er ook ontvangstrapporten uit Engeland en andere delen van Europa.
Literatuurverwijzing:
The Australian Radio World July 1936
The Broadcaster Australia 1936
Proceedings of the World Radio Convention, Sydney, April 1938
Knot, Hans: Historie van de Zeezenders 1907-1973. Over Pioniers, duimzuigers en mislukkelingen. Stichting Media Communicatie, Amsterdam, 1993.