Herinneringen aan 1965 (3)

MUZIEK, MEDIA EN ANDERE HERINNERINGEN AAN 1965(3)
Tekst & foto's: Hans Knot
Zoals de vorige keer al beloofd was ik ook na twee afleveringen van deze serie gericht op het jaar 1965 nog lang niet klaar met alle herinneringen die er zijn blijven hangen betreffende dat jaar. Derhalve neem ik je deze keer andermaal mee terug en zien we ondermeer hoe in Oost Duitsland bijna een driekwart miljoen mensen de jaarlijkse Leipziger Messe bezochten. Ook zien we hoe één van mijn dierbaarste radio’s, een uniek exemplaar, slechts heel kort via Wehkamp in 1965 te koop was. We laten Sonja Barend haar debuut maken op de Nederlandse televisie in een heel andere gedaante dan in de loop der decennia we van haar gewend waren, kijken naar de eerste vorm van zonenergie en zien vele andere onderwerpen voorbij komen.

Gesproken over de DDR kom ik automatisch terecht bij een product uit Oost Duitsland waar ik in 2003 voor het eerst bewust mee werd geconfronteerd, zonder de echte bron te weten.Via het wereldwijde web was ik weer eens op zoek naar de buizenradio’s, die zoals her en der in de aanbieding waren. Het mooie bij het kopen via bijvoorbeeld ‘Ebay’ is dat er vaak foto’s van de apparaten bijstaan en soms gedetailleerde schaalindelingen. Ik heb het over de radio van het merk Weimar type GX 006. Toen ik de beschrijving op internet zag was ik meteen verkocht, want het gekke van de schaalindeling – die deels op ontvangst van Oostblokstations was gericht – was wel dat er ook diverse AFN stations werden vermeld, als wel Radio Veronica. Maar zeer verrast was ik toen ik zag dat ook Radio Noordzee werd genoemd, slechts kortelings in 1964 actief vanaf het REM eiland voor de kust van Nederland, ter hoogte van Noordwijk.

Ik zet de radio op gepaste tijden even aan om warm te laten lopen, een muffig stoffige geur en lichte brom overheersen de eerste minuten waarna het zonder problemen mogelijk is de vier frequentiebanden uit te proberen. UKW, MW. LW en KW zijn allen nog actief. En de Oost Duitse fabrikant had gedacht aan de mogelijkheid tot aansluiting van een extra geluidsboxje terwijl ook de toen gewilde bandrecorder kon worden aangesloten voor een feilloze opname van de te ontvangen signalen. Ik heb het apparaat nog even omgekeerd en een blik op die aansluitingen geworpen en toen bleek dat je ook nog eens een draaitafel kon aansluiten om het geluid via de radio te laten genereren. Een magisch apparaat, helemaal uit Oost Duitsland maar wel voorzien op de afstemschaal van onze eigen zeezenders Radio Veronica en Radio Noordzee.

Op de Nederlandse buis werd meer en meer aandacht besteed aan de lichte muziek maar ook alles wat tussen de lichte en klassieke muziek in lag. Meer zendtijd bracht automatisch ook meer talent, waarvan velen doorbraken. Denk aan een Conny vanden Bosch, Karin Kent en Shirley, die rond die tijd hun eerste successen zouden boeken. Maar er waren meer artiesten die meerdere kansen kregen hun eventueel talent via de vaderlandse buis te vertonen en vervolgens een carrière maakten, die jarenlang duurde. Een voorbeeld ervan is de formatie Les Shalom. In het boek ‘Nederpop’ zie ik een verwijzing naar de single ‘Peter Cha cha cha’ dat in 1965 op Imperial werd uitgebracht met op de achterkant het nummer ‘Je moet nog even op me wachten.’
Les Shalom was een duo dat toch ook een groot aantal kansen kreeg de nationale top te bereiken. Het duo werd gevormd door Irene Pisa en Sonja Barensen. Zij brachten een repertoire dat voornamelijk bestond uit Jidische en Engelstalige liedjes, die ook vertaald in het Nederlands met regelmaat ten gehore werden gebracht. Ze werden ontdekt op een talentenjacht in Zandvoort (1964) waar ze als winnend duo uit de bus kwamen. De beide vrouwen hadden beiden een muzikale vorming achter de rug en Irene had zelfs op haar 22ste al een eigen begeleidingsorkest gehad, waarmee ze vooral in West Duitsland succes had. Optredens in programma’s op de Nederlandse televisie hadden ze ondermeer in ‘Tussen Bach en The Beatles’ een programma van Cor Steyn bij de VARA. Ook traden ze op bij de AVRO in het veelbekeken ‘Johnny en Rijk Show’. Sonja Barendsen: 'Het zangduo Les Shalom, bestaande uit Irene Pisa en Sonja Barensen, was zeker succesvol ondermeer door met ondermeer gastoptredens in vrijwel alle TV-shows die er toen waren, solisten bij de “Sleeswijkrevue” in 1967 met Kraaikamp en de Gooyer, verder reisden de dames de wereld over als top-act op de schepen van de Holland America Line en tournees in Zuid-Afrika, Brazilië, Los Angelos en Europa. Er werd pas na 10 jaar gestopt, toen Irene Pisa (inmiddels Irene Kikkert) te opzichtig zwanger was, wat voor het sexy image niet zo bevorderlijk was'.
In Frankrijk, zo werd in maart 1965 bekend, was een groep wetenschappers naar buiten gekomen met de mededeling dat men al jaren bezig was met proeven, die ten doel hadden zonnehitte op te vangen en deze te gebruiken voor het opwekken van elektriciteit. ‘Deze proeven schijnen tot positieve resultaten te hebben geleid, want men is thans bezig een installatie te bouwen die de zonnewarmte op een industriële basis zal verwerken.” De experimentele installatie werd destijds gebouwd bij Marseille en wel op de heuvel waar zich ook de beroemde kathedraal ‘Notre Dame de la Garde’ staat. In hetzelfde land werd in 1965 trouwens een verandering in de wetgeving ingevoerd waarbij de nummerborden van nieuwe auto’s moesten zijn uitgevoerd in een lichtgevend materiaal, waardoor de auto’s goed zichtbaar werden als een andere auto in het donker naderde en dus de kans op botsingen zou worden verminderd. Bovendien was het voor de politie een stuk gemakkelijker verkeersovertreders in de donkere uren te kunnen noteren. Al vrij snel volgde succes en was het de VS die als tweede land in de wereld deze verkeersveilige verlichtende borden verplicht stelde. ondertussen had Basil Cantes, een Brits verkeerspedagoog een definitie van ‘verdedigend achter het autostuur’ de wereld ingestuurd. ‘Het betekent zo rijden dat men zich er voortdurend van bewust is dat men om de volgende hoek een of andere ‘leukerd’ kan komen die, of op moord, of op zelfmoord, of op beide uit is.’

De volgende stap was het zich laten inschrijven aan het Conservatorium van Bordeaux. Na deze opleiding ook deels te hebben doorlopen werd hij beroeps en vertrok hij richting Parijs, om zijn geluk te zoeken in de operettewereld. Maar Marcel had het geluk niet mee en werd ernstig ziek. Gevolg was een ziektebed in zijn ouderlijk huis van meer dan een jaar alvorens hij in de begin jaren vijftig van de vorige eeuw opnieuw kon proberen een loopbaan op te starten. Maar niet andermaal bij een operettegezelschap. Marcel vond de inhoud van de operettes nogal zouteloos en wilde veel liever het Franse levenslied, beter bekend als chanson, gaan vertolken. Dat ging natuurlijk niet zo maar want het ging langs de kleine cabarettheaters, het verdienen van hongergages, tegenslagen, terug naar het toneel in de provinciedorpjes en andere barricaden. Totdat in 1958 het grote theater lonkte en er voor Marcel Amont het toneel van l`Olympia in Parijs vrij was om te bestijgen. Dit betekende echter niet het einde van de zoektocht naar succes omdat hij ervan overtuigd was dat er nog genoeg viel te leren alvorens het echte succes te mogen proeven.
Gelukkig wist hij zijn zangkwaliteiten te combineren met een goed verhaal, waardoor hij snel door het publiek werd ingepakt. In Frankrijk werd hij al snel geroemd vanwege zijn meesterlijke inbreng van poëzie, waarbij één van de recensies destijds kopte: ‘een vleugje plezier, een vleugje weemoed, heel veel blijmoedigheid en altijd een klein spottend glimlachje dat bij Amont op de loer ligt.’ Marcel stond in die tijd ook bekend om zijn fantastische imitaties waarbij altijd weer een persoonlijke toets werd neergelegd. Dit alles was dus reden genoeg voor Nico Knapper, precies twee jaren nadat hij Marcel Amont voor het eerst in Parijs had gezien, uit te nodigen om de muzikale musketier te spelen op Tweede Paasdag 1965 in het AVRO programma ‘Domino’.


Het is trouwens leuk om bepaalde berichten terug te lezen. Zo was er een rubriek ‘Hit-Tips’ van Joost in de Muziek Parade in 1965 te lezen waarin hij allerlei platen naar vorenschoof en enig nieuws over Veronica behandelde. In november dat jaar schreef Joost ondermeer: ‘Is folk-music de muziek van de toekomst? Je zou het gaan denken als je het succes ziet van Bob Dylan en Donovan in Engeland. Waarschijnlijk is het maar een tijdelijke stroming, te danken aan gelukkige samenloop van omstandigheden.’ Dat Dylan zeker niet tijdelijk was bewijzen nog steeds de verkoopcijfers van zijn muzikale meesterwerken. Dan maar even naar het onderdeel van ‘Middengolf-links nr. 192’. ‘Al geluisterd naar de merkwaardige avonturen van commissaris Margriet. De commissaris is een beroemd man aan het worden. Wie luisteren wil kan terecht in het programma ‘Showtime’ van Cees van Zijtveld, iedere zondagmiddag tussen half een en twee uur. Behalve nieuws over de activiteiten van ‘Vrienden van Veronica’ valt daarin momenteel ook een ‘Elvis – story’ te beluisteren. Anuschka is nog steeds uitgeschakeld vanwege haar baby, maar Jukebox gaat gewoon door. Chiel Montagne is de man die nu de verzoekjes van een plaatje en een praatje voorziet. Tijdelijk, want zodra ze weer kan, hopen we Anuschka terug te hebben.’ Joost zelf was op de publieke omroep te gast om de honderdste aflevering van ‘Tussen 10 + en 20 –‘ van Jos Brink bij te wonen. Als cadeau had Joost een Goudse 40+ meegenomen, die onder toezicht van producer Skip Voogd werd aangeboden.
Al decennia lang lees ik iedere dag met een brede glimlach de ingezonden brievenrubriek van de regionale krant en kom af en toe in tijdschriften in heden en verleden ook dergelijke rubrieken tegen. Het niveau is verschillend maar één ding is duidelijk, lezers willen zich vooral afzetten uit ongenoegen, waarbij vaak een tegenzet, die een lezer eventueel verwacht, niet wordt gegeven. Bij het voorbereiden van deze aflevering kwam ik ondermeer terecht in een editie van Televizier, waarin diverse lezers zich op bepaalde onderwerpen stortten. Eén van de meest bekendste sportverslaggevers op de televisie was in de tijd van zwart/wit kijken, Herman Kuiphof. Voor velen was het heerlijk om door hem opgezweept te worden tijdens ‘kastje kijken’ anderen ergerden zich mateloos, terwijl er in mij herinnering geen middenweg bij de kijkers was. Tot ver in de jaren negentig kwam ik Chuiphof jaarlijks tegen tijdens mijn vakantie in Hee, een gehucht op Terschelling. Een herkenbare groet, een kort bijpraten was gebruikelijk, terwijl in gedachten bij mij de doelpunten van Kindvall van Feijenoord me om de oren vlogen.
In voornoemde Televizier van 19 juni 1965 ingezonden brieven die ik, zeker als tijdsbeeld aangaande de rubriek ‘Mijne Heren’ de lezer niet wil ontnemen. De eerste is afkomstig van een heer uit Bilthoven met de naam Brinkhorst, die schreef: ‘Op woensdag 12 mei genoten wij, het zij in mindere mate dan we hadden gehoopt, van de wedstrijd Inter Milaan tegen Liverpool. Het genot werd echter voor een groot deel bedorven door het aanmatigende indringende en vaak onjuiste commentaar van de heer Kuiphof. Dit soort commentatoren dient te beseffen dat het publiek gelukkig nog over voldoende onderscheidingsvermogen beschikt. Misschien ligt hem spaghetti beter op de maag dan de wat steviger, rechttoe Britse stew. Misschien is een beetje Nederlandse bescheidenheid gepaster.’
Ene van der Belt, afkomstig uit Wormerveer, was zeker geen Kuiphof adept want hij probeerde hem ook neer te sabelen. ‘Ik hoop dat een zekere H.Kuiphof binnenkort modeshows gaat verslaan, dan hoeven de sportliefhebbers niet langer naar zijn geleuter te luisteren. In zijn onpartijdigheid bij het verslaan van Inter Milaan tegen Liverpool ging hij zelfs zó ver dat hij Liverpool houthakkers en buldoggen noemde, terwijl Inter hem geen kwaad kon doen.’
Herman Philippus Kuiphof werd in het Friese Franeker geboren op 27 oktober 1919 en is een voormalig Nederlands sportjournalist en televisiecommentator. Kuiphof begon zijn carrière in 1938 als leerling-verslaggever bij het dagblad De Nieuwe Nederlander. In 1946 werd hij sportredacteur bij de Haagsche Courant. In 1961 stapte hij over naar de VPRO afdeling televisie. Voor de NTS en de NOS versloeg hij diverse malen verschillende sportevenementen tijdens diverse Olympische Spelen en talrijke voetbalwedstrijden. Kuiphof was heel lang de toonaangevende commentator. Toen hij de naam van Feyenoord-spits Ove Kindvall met correct-Zweedse intonatie uitsprak als ‘Chindval", werd hij door het publiek beloond met de bijnaam ‘Chuiphof’. Legendarisch is ook zijn commentaar van de beslissende goal tijdens de WK-finale Duitsland-Nederland (2-1) in 1974. Toen Gerd Müller na slecht verdedigen van Arie Haan en Ruud Krol scoorde riep Kuiphof: "Zijn we er toch ingetuind." In 1978 werd hij door sportchef Bob Spaak ongeschikt bevonden voor het verslaan van de finale Argentinië -Nederland. Volgens Spaak waren Kuiphof’s ogen niet goed genoeg, en de finale ging naar Theo Reitsma. Herman Kuiphof heeft nadien nog een aantal jaren tenniscommentaar gegeven voor diverse televisieorganisaties. Hij was ook regelmatig te horen in het radioprogramma van Ischa Meijer. Momenteel woont hij in Soest op de mooie leeftijd van 89 jaren.
Ik had het even over het kijken naar zwart/wit via de televisie, destijds in 1965. Toch waren er de nodige ontwikkelingen. Nederland 2 kwam heel langzaam, met de nodige technische beslommeringen, op gang waarbij via de steunzender Roermond voor het eerst gekeken kon worden naar dit net. Bij lange na niet iedereen was met deze ontwikkeling tevreden, vooral toen in de zomer van 1965 bepaalde programma’s naar Nederland 2 werden verbannen onder de noemer ‘we moeten er een populair televisienet van maken’. Tja de steunzenders hadden zo hun beperkingen en één van de eerste slachtoffers was Willem ‘O’ Duys, die dus ook verbannen werd.

In België werd in 1965 ter gelegenheid van de Nationale Radio en Televisie Salon, zeg maar de ‘Firato’ voor onze zuiderburen, door de Vlaamse televisie weer ‘Ontdekt de ster’ wedstrijd gehouden. Allerlei nieuwtjes moest de deelnemer, niet ouder dan dertig jaar weten over sterren van de radio en televisie. Maar Vlaanderen stond lang niet altijd in het fleurige licht van artiesten en sterren. Na een aanslag gepleegd op omroepster Dominique Krob werden de BRT studio’s als het ware met ijzeren hekken afgeschermd ter verhoging van de veiligheid. Een ieder, die niet in het bezit was van een identiteitsbewijs of een BRT dienstkaart, werd de toegang tot de studio’s geweigerd. Voor verschillende medewerkers werd dit een kleine ramp, zoals men al weldra ondervond. Vreemd genoeg vond ik bovenstaand bericht terug in een Nederlands tijdschrift uit 1965 maar wordt op internet geen enkele hit gevonden op de naam van Dominique Krob en kan dus ook niet in detail treden inzake de eventuele aanslag. Wel weet ik te melden dat zelfs in buurland Nederland tijdens de in november gehouden Nationale Radio en Televisie Salon in Antwerpen één dag het programma door Nederlanders werd gepresenteerd. Dit in dank voor de aanwezigheid van Vlaamse collega’s op de eerder dat jaar in de RAI in Amsterdam gehouden Firato. De andere zes dagen hadden de Vlaamse collega’s in eigen handen.


Elk volwaardige stad genoot in de jaren zestig wel de aanwezigheid van een goed georganiseerde winkeliersvereniging die in de zomer tal van activiteiten organiseerde om niet alleen voor de inwoners van de stad het winkelen aantrekkelijker te maken maar vooral meer bezoekers naar de betreffende stad te trekken. In mijn eigen woonplaats Groningen had men in de provincies Groningen en Drenthe niet alleen een prachtig achterland, mede met het ontbreken in de omgeving van een tweede grote andere stad. Ook had men het geluk dicht bij de toenmalige West Duitse grens te liggen waardoor vele Duitse gasten er via hun regionale en lokale kranten getipt konden worden op de door de winkeliersvereniging Groningen en de lokale VVV georganiseerde activiteiten. De basis voor de landenweken in de Martinistad ligt in de jaren zestig van de vorige eeuw, toen eens in de vijf jaren op kleine schaal deze activiteit plaats vond. Daarna zou het in de jaren tachtig zelfs een jaarlijks gebeuren zijn en tenslotte in 1996 haar einde beleven, ware het niet dat in 2006 voor het eerst weer een landenweek wordt georganiseerd in de week voor Pasen, met als hoogtepunt de jaarlijkse bloemenmarkt op Goede Vrijdag waarbij weer honderdduizenden mensen van buiten de stad Groningen worden verwacht. Ik herinner me dat vroeger de activiteiten weken van te voren werden aangekondigd en van maandag tot en met zaterdag volop activiteiten plaats vonden waarbij de vlaggen van het betreffende land in alle belangrijke straten van de stad waren terug te vinden. Nu is een landenweek slechts enkele dagen en moet je met een vergrootglas bekijken welke uitstraling er wordt vertoond. Eén van de eerste landenweken, die ik met nog herinner, was die van Italië. De zestiger jaren waren er vooral voor vele Nederlanders om voor het eerst te gaan genieten van een vakantie buiten lands grenzen waarbij zo’n landenweek van belang was om ook de vakantiemogelijkheden in het land volop aan te prijzen.



Heerlijk te zien hoe de categorie ‘Filmster’ werd gevuld. Ik noem de nummers drie tot en met één. Henk van Ulsen stond op 3 met 3% van de stemmen, Kees Brusse werd tweede met 39% en de eerste plaats, met liefst 58% werd gevuld door Anton Geesink. Destijds vroeg je jezelf niet af hoe een dergelijke uitslag tot stand kon komen. Slechts drie in deze lijst? onmogelijk en een sportman met Olympisch Goud als filmster op nummer 1? onbegrijpelijk. Bij de categorie ‘Televisiepersoonlijkheden’ kwam er wel een langere lijst tevoorschijn: Opsomming in volgorde met als nummer ‘1’ Willem Duys, daarna respectievelijk Herman Stok, Ageeth Scherphuis, Rudy Carrell, Joop Doderer, Toon Hermans, Jos Brink en Rien van Nunen. Opmerkelijk dat 41 jaar later Jos Brink nog immer ons televisiescherm regelmatig vult.

Als je kijkt naar de populairste programma’s uit 1965 dan is het opmerkelijk dat de twee eerste plaatsen andermaal door Joost en Herman worden ingenomen, alleen dan in omgekeerde volgorde. Herman Stok zijn programma ‘Tijd voor Teenagers’ bereikte met 42,7% de eerste plaats, gevolgd door de Top 40 van Radio Veronica, dat door Joost werd gepresenteerd. Op Radio Luxembourg liep ‘Tiener Topper Tijd’, dat derde werd met 12,2%.
In de volgende aflevering treden we buiten het jaar 1965 en zal ik U meenemen naar een andere jaar vol herinneringen aan de media, muziek en andere zaken.
Gebruikte literatuur:
Nederpop, 25 jaar Popmuziek in Nederland; Bajema, Roeland, Briel, Robert e.a. Spectrum, Uitgeverij, het, Utrecht 1982.
Winkler Prins Boek van het jaar 1966, Amsterdam, Elsevier, 1966.
Musik Parade, Hamburg, augustus 1965.
Muziek Parade, Amsterdam, november en december 1965.
Wikipedia on line 2006
Radio Luxembourg in beeld, Soundscapes on line Journal for Media and Music, Groningen, 2002