Herinneringen aan 1965

Muziek, media en andere herinneringen aan het jaar 1965
Eigenlijk besef ik me pas, na het schrijven van een vijftal pagina’s van deze aflevering, dat datgene ik beschrijf al meer dan vier decennia geleden is. De voor vele lezers ‘mooie jaren zestig’, waarin heel veel in deze wereld veranderde. Vaak ten positief opzicht, hoewel er ook het één en ander negatief was te noemen inzake de ontwikkelingen in de wereld. In deze, aan het jaar 1965 aandacht bestedende, aflevering van ‘Muziek, media en andere herinneringen’ neem ik U eerst mee naar de autoverkoop in Nederland. Familieleden en vrienden, die in mijn directe omgeving zijn, weten dat ik – naast de media en de muziek – nog een klein aantal objecten in de categorie hobby heb. De geschiedenis en liefde voor de stad Groningen en het rijdende verkeer. Dus trams, trolleys, treinen en vooral oude auto’s. In die laatste categorie zet ik regelmatig oude auto’s van voor het jaar 1978 - voorzien van een blauw nummerbord – op de foto. Voorwaarde is dat men langs de kant van de weg moeten staan en tevens inderdaad voorzien moeten zijn van dat blauwe nummerbord. Immers, heeft men een geel nummerbord dan is de auto geïmporteerd en valt dus buiten de te fotograferen objecten.





De salon bevatte twee werkstoelen waarin de klanten plaats konden nemen. Het werkgebied bestond verder uit natuurlijk de wastafels en omgeving, vier ladekastjes, drie bovenliggende glazenkastjes en twee grote spiegels. Naast de gebruikelijke kappersattributen veel verkoopmateriaal afkomstig van de firma Valdelis uit Schiedam. Op het einde van elk jaar verraste de firma de vaste afnemers met een ander product van de firma Jansen uit hetzelfde Schiedam, een heuse Jonge Jenever, ‘Louter Kabouter’. Maar terug naar de indeling van de salon, gevestigd aan de Korreweg 105 in Groningen. Op het werkgedeelte 2 grote stapels witte versgewassen witte handdoeken en in de diverse lades allerlei scheerattributen van de diverse vaste klanten, inclusief hun abonnementskaarten. Een klant kocht een dergelijke kaart tegen een vaste prijs en kreeg als bonus, als de kaart helemaal was opgeknipt met ‘scheerbeurten’ één gratis scheerbeurt. Ook waren er wel bijzondere lades in de kasten. Eén ervan bevatte een slot en na opening van het slot zat de kas in de lade. De kas die iedere zaterdagavond weer op een cent nauwkeurig uitsluitsel moest geven of vader met de klanten voor 100% had afgerekend. Moeder was verantwoordelijk voor de kas, waarbij ik maar al te vaak mocht bijstaan om tot een gemeenschappelijke conclusie te moeten komen: er was een stuiver te weinig in kas! Over tellen dan maar was het rasse besluit van moeder Rie, die niet snel van opgeven wist.
Het tweede laatje was een feestlaatje voor de jeugd die in Kapsalon Knot kwam. Een grote vierkante trommel gevuld met boterboontjes die aan een kind, na geknipt te zijn, werd uitgedeeld. Ik hoef U natuurlijk niet te vertellen dat op rustige momenten deze lade ook wel eens om andere redenen werd geopend. Terugkomend op de twee stoelen in de salon was er één die door een klant werd gevuld op de zaterdagen. Deze werd op dat moment geknipt dan wel geschoren door vader, terwijl in de tweede stoel een klant alvast werd voorbereid op een scheerbeurt, doordat hij alvast werd ingezeept. In eerdere jaren had broer Jelle al vaak de Vergulde Hand aan de kwast gezet. Dit om vervolgens de klant in te zepen. In het midden van de jaren zestig stond ik vader nu en dan bij om…..juist, de nodige fooien te krijgen van de klanten.
Terugkomend op het gegeven ´geld verdienen´ was dit mijn extra bron van inkomen, naast het wekelijkse zakgeld, waardoor er gespaard kon worden voor de aanschaf van de nodige singles. Een jaar later, september 1966, ging ikzelf ook aan het werk en was het niet meer nodig alle stuivers bijelkaar te schuiven voor de broodnodige muziek. Ik trad in dienst als ´jongste bediende´ bij het PEB Groningen, het Provinciale Elektriciteits Bedrijf voor Groningen, later vernoemd tot Essent, nadat het tussendoor ook geruime tijd EGD (Elektriciteitsbedrijf voor Groningen en Drenthe) heeft geheten. Van mijn eerste salaris kocht ik bij het zusterbedrijf Laagspanningsnetten een heuse koffergrammofoon en mijn eerste LP, ‘Victoria’, van Liesbeth List. Mijn eerste zakgeld LP was trouwens een LP in de opruiming gekocht in Apeldoorn van Rob de Nijs en The Lords, wat trouwens ook in 1965 was.

De remise was gevestigd aan de Akkerstraat en komende van de lagere school in de jaren vijftig en begin jaren zestig had ik vaak een ommetje gemaakt om een blik te kunnen vangen in de remise. Want altijd waren er wel een paar van de 18 in bezit zijnde trolleys van het GVB in de remise te zien. Het waren trolleys die waren gebouwd door Kromhout chassis (model TB4L) en de carrosserie was geleverd door de firma Verheul. Terwijl er gebruik werd gemaakt van een elektrische installatie van Oerlikon. De GVB was nogal op een gemakkelijke manier aan die installaties gekomen, zonder op een wachtlijst te moeten staan. Na de Tweede Wereldoorlog waren er vergevorderde plannen om een aantal lijnen systeem voor trolleys aan te leggen in Rotterdam. Er werd flink geïnvesteerd maar op het laatste moment besloten de beleidsvoerders het plan naar de ijskast te verwijzen.Wel waren er de nodige bestellingen al gepleegd waardoor men in de problemen dreigde te komen met de rekeningen van de firma die de technische installaties leverden. Een deal werd er gesloten waardoor alle installaties werden overgenomen door de GVB uit Groningen. Later zouden trouwens ondermeer nog trolleys van de Nederlandse bouwer DAF worden aangeschaft, die tot eind 1965 in gebruik waren.

In de Revue van november 1965 vroeg de redactie zich af wat voor invloed een dergelijke marathon uitzending voor de televisie op de kijker zou kunnen hebben. En of er geen medische problemen zouden kunnen ontstaan: ‘De vraag is bijvoorbeeld hoe de verlichting in de kamer moet zijn. Hoe kan men het best zitten en op wat voor een stoel? Deze en andere vragen hebben wij voorgelegd aan onze medische medewerker en hij kwam tot onderstaande, ongetwijfeld ook voor U interessante beschouwing, In het algemeen mag worden aangenomen dat het opnamevermogen van de menselijke geest onbeperkt is. Vooral als de kijkstof in de juiste verdeling wordt gepresenteerd, kan U van een lange televisie-uitzending veel plezier beleven. Denkt U maar eens aan de marathon uitzending van ‘Open het Dorp’. Natuurlijk dient U er wel voor te zorgen dat U geestelijk helemaal op die 16 uur bent ingesteld, dus dat U fris voor het toestel zit. Wat het lichamelijke aspect betreft, hiervoor zou ik enkele wenken willen geven, waaraan U zich strikt dient te houden om volledig van Uw zestien uur televisie te kunnen genieten. Allereerst is de wijze waarop U voor Uw televisie gaat zitten heel belangrijk. Als U niet recht voor de televisie gaat zitten komt het beeld verwrongen op uw netvlies, met het gevolg dat U al heel snel over hoofdpijn zal gaan klagen boven een van de ogen.Onze hersenen willen een beeld altijd recht zien en als U scheef voor het toestel zit, moeten Uw hersenen zich te sterk inspannen. In het begin lukt dat nog wel, maar op den duur raken de hersenen oververmoeid met als gevolg de voornoemde klachten.’
Verder werd ingegaan op de eventuele bijverlichting die in de kamer diende plaats te vinden:
‘De lichten in Uw kamer kunnen gerust aanblijven. Het is juist schadelijk in een volkomen donkere kamer naar de televisie te kijken. Wel moet U er voor zorgen dat er geen lichtbron tussen Uw ogen en het televisiescherm is. Het oog zal ook protesteren tegen scherpe overgangen van zwart naar wit, omdat daardoor het netvlies onnodig geprikkeld wordt. In de natuur krijgt het netvlies ook uitsluitend zachte overgangen te verwerken.’ Met juiste raad werden we dus bijgestaan door de redactie van de Revue.



Heen en weer in het jaar, in dit geval 1965, gaan altijd de verhalen in deze serie. Zo kom ik nu terecht bij een vermelding die betrekking heeft op Hemelvaartsdag van dat jaar, dat op 27 mei viel. In Blokker werd, in samenwerking met Muziek Parade, het Blokker Festival georganiseerd, waarvoor de toen befaamde organisator Ben Essing verantwoordelijk was.


En er waren maar drieduizend mensen, die zich in de halflege veilinghal - verdeelt over twee concerten - de handen warm klapten voor de duidelijke ouder geworden Louis Amstrong.
Uiteraard was de geestdrift van het publiek groot, niet alleen voor de beroemde trompettist, maar ook voor zangeres Jo Brown, die voor een hoogtepunt in zijn concert zorgde. ondanks de voetbal cupwedstrijd tussen Inter Milaan-Benfica op de televisie, waren er ’s avonds toch meer mensen dan ’s middags. De voetbalwedstrijd mocht dus niet het excuus zijn voor de tanende belangstelling. De enige verklaring lag in de verandering van de tijd, in de snel opkomende tienermuziek. Het tijdperk van Louis Amstrong bleek te zijn afgesloten. De festivalorganisatie zag dit einde gerealiseerd in koele cijfers: een nadelig saldo van twintigduizend gulden. Dit verlies werd tenslotte nog voor een deel goedgemaakt op de allerlaatste festivalavond. Een Beierse avond op 29 mei 1965, die uitstekend werd bezocht en waar de Oberbayerische Trachtenkapelle ‘Feldwies’ de stemming voortreffelijk op peil wist te houden. En daarmee kwam een einde van een serie van tien Blokker Festivals. Ben Essing, de organisator, ging door en zou nog vaak van zich laten horen. Maar de veiling ‘Op Hoop van Zegen’ zonk weer terug in toch wel wat rustgevender (hoewel dat ook maar betrekkelijk in wereld van de handel in Westfriese groenten en fruit.’
De voornoemde concerten van Louis Amstrong werden respectievelijk om drie uur in de middag en acht uur in de avond gegeven, en duurden anderhalf uur. Amstrong werd begeleid door zijn All Stars, destijds bestaande uit Quentin Jenckson op trombone, Eddie Shu op tenor sax en klarinet, Billy Kyle op piano, Danny Barcelona op drums en Arvell Shaw op bass. In de avond programmering was er tevens een groot bal aan vast gelast waar The Dixieland Disiples en het Trio Gert Timmerman optraden. Dezelfde avond kreeg de inmiddels al jaren verguisde Gert een Gouden Plaat voor zijn hit ‘Schommelstoel’. In de middag kosten de kaarten voor het concert destijds f 7,50 terwijl ’s avonds een tientje moest worden betaald aan de kassa van Stichting Festival Blokker.
Geen dag kun je eromheen, al decennia lang, als de verkeersinformatie ons, gewild of ongewild, via de radio wordt verkondigd. Bij de ‘Van Brienenoordbrug’ een file van 4 kilometer. We zijn er al lang aan gewend, maar toch valt het telkens weer op als bij herhaling bepaalde knooppunten weer terugkeren in voornoemde berichtgeving. Zoals eerder in deze aflevering was te zien was het gebruik van Nederlandse wegen (zie omzet auto-industrie) nog veel beperkter dan heden. Dezelfde Van Brienenoordbrug werd trouwens op 1 februari 1965 in gebruik genomen met een officiële plichtpleging door onze toenmalige koningin Juliana. Een verbinding die gemaakt was tussen de noord en zuidoever in Rotterdam Oost en de staat een slordige 100 miljoen gulden had gekost om aan te leggen. Nog lang niet alle verbindingswegen waren dat jaar klaar waardoor vaak de brug gesloten was en inderdaad lange files konden ontstaan. Ook zou dat jaar, in december en andermaal door de Koningin, de Oosterscheldebrug in gebruik worden genomen.

Maar na mei 1945 zou het niet zo lang duren alvorens – in 1946 – het Churchill was die zeer vroegtijdig de wereld waarschuwde voor het opkomende communisme in de toenmalige Sovjet Unie. Hij raadde de Britse regering aan – hijzelf was na een verkiezingsnederlaag van de Conservatieve Partij de oppositie in gegaan – nadere samenwerking te zoeken met bondgenoten. Hij zou in 1951 andermaal aan de macht komen als eerste premier en die zetel tot en met 1955 behouden. In het najaar van 1963 werd hij geëerd met de Nobelprijs voor de Letterkunde mede vanwege zijn zesdelige serie ‘The Second World War’ en de in het Nederlands vertaalde ‘De geschiedenis van de Engelssprekende volkeren’.
Op 30 januari 1965 werd Sir Churchill met een staatsbegrafenis ten grave gedragen, een plechtigheid die door liefst 350 miljoen kijkers over de gehele wereld op de televisie werd bekeken. Opmerkelijk feit was dat de klokken van The Big Benn bij The House of Lords en The House of Parliament, die dag na het vertrek van de rouwstoet uit Westminsterhall, de gehele dag niet meer werd geluid. onvergetelijke herinnering voor mezelf was een prachtige documentaire die door Radio Caroline over het leven van Churchill, direct na zijn overlijden, werd uitgezonden. Jarenlang heb ik die opname gekoesterd en pas recentelijk aan anderen doorgestuurd.
Afsluitend voor deze aflevering heb ik maar een duik genomen in ‘Wereldkroniek’ en wel de aflevering van 17 april 1965 waarin Skip Voogd, toch niet zo maar een naam, zich waagde de nieuwe toenmalige LP van de Rolling Stones te moeten bekritiseren. ‘We draaien dit keer uitsluitend op lichte toeren en beperken ons naar hitparade paardjes. The Rolling Stones ‘nog helemaal in’ bij de beatfans, zongen en speelden een 30cm langspeler vol. Het was echt niet nodig geweest, want na twee of drie nummers weet iedereen gedetailleerd waar hij aan toe is en kunnen de Stones onmogelijk langer boeien. ’t Is dat ‘Time is on my side’ op deze LP is te vinden, maar voor het overige ‘What a shame’ om maar met één van de titels op deze DECCA LP te spreken.’
Wel is dezelfde Skip Voogd in voor een, zoals hij dat zelf omschrijft ‘Folklore LP’, destijds gevuld door Pete Seeger. Hij had een ‘In Concert’ LP opgenomen waarbij deze LP een aantal songs herbergde dat het volgens hem het best voldeed met een Publiek Decor, ofwel ‘live opgenomen’. De songs bleven hem, na één keer beluisteren, meteen in het geheugen hangen. Skip schreef: ‘Het zal iedereen onherroepelijk meeslepen en de songs op de LP zijn meer dan alleen aandacht waard.’ Maar hij besefte ook dat er meer zangers vanuit Amerika de wereld op hun manier aan het veroveren waren. En wel ondermeer een zanger die decennia later nog steeds op zijn manier scoorden. Skip andermaal: ‘Hij heeft geducht te maken met de concurrentie van ene Bob Dylan te maken, die de laatste weken namelijk geducht naar voren is gekomen. En deze – er vaak als middeleeuwse roofridder uitziende –jongeman lijkt nog mét meer pep, met nog méér flair te zingen als Pete Seeger. Dylan is bovendien primitiever en staat dus dichter bij de luisteraar van zijn repertoire.’
Van de VARA kenden we al jaren, via de radio, Co de Kloet en wel als samensteller van de programma’s van Herman Stok. In november 1965 schreef hij in Muziekparade een column onder de titel ‘Hilversum III voor Tieners’. Vrolijk programma waar eigenlijk geen geld voor is’. Tot de zekerheden van het leven behoort sinds een halve maand eindelijk het derde radionet, populair genoemd Hilversum III. Tot 1 januari 1966 zal Hilversum III ’s avonds niet uitzenden. Overdag bereikt de oren van de gelukkige FM bezitters, radiodistribuanten en steunzendertrekkers een stroom van lichte muziek. Popplaten, verzoekplaten, orkestopnamen, banden vol opnames die voor herhaling vatbaar zijn, vormen zo’n beetje de elementen van dit derde programma waarvan Hilversum eigenlijk vindt: “Drie is teveel’. Omdat er geen geld is, omdat er onvoldoende personeel voor is, en omdat de beste technische faciliteiten ontbreken. Maar goed, III is er en ik wil je aandacht even vestigen op een paar tienerprogramma’s die speciaal voor jullie worden uitgezonden. Wat hebben de vier grote omroepverenigingen de tieners op Hilversum III te bieden? Over de VARA kan ik kort zijn, Henk de Heus die de programma’s voor III regelt, heeft in zijn schema geen tieneruitzendingen opgenomen. De AVRO brengt iedere zaterdagmorgen van tien tot elf uur het programma ‘Tien uur, tienertijd’. Het wordt geproduceerd door Wim Harsma, die zich ook bezig houdt met de productie van ‘Tussen tien + en twintig -’ op de echte zender. De KRO heeft iedere maandagmiddag van vier tot vijf uur ‘IORRRr’ gepresenteerd door Margriet redacteur Henk J. Schuurmans, onder het pseudoniem Henk J. Singer. Er zitten nieuwe platen, nieuwe Nederlandse talenten, verzoekplaten en een hitparade in. Het meeste tienerwerk verricht de NCRV, maar deze omroep heeft dan ook Skip Voogd aangetrokken. Dat levert dan dinsdags van 16 tot 17 uur en zaterdags van 12.30 tot 13 uur het programma ‘Tienarama’ op, en bovendien van half één tot één de top tien van de week. Deze programma’s worden door Skip zelf gepresenteerd. Zaterdagsmiddags is er ‘Matinee van de Lichte Muziek’ een door Skip ingevulde Teenerrubriek. Ik geloof dat je het daar maar mee doen. Als je alle radio en TV programma’s voor tieners optelt, er steeds minder reden tot ontevredenheid is. Voor het jongere broertje Hilversum III geldt in ieder geval: ‘Een vrolijk programma, waarin ook voor jullie heel wat muziek is.’
Co de Kloet had dus duidelijk een eigen mening maar niet de juiste. Een was echt nog een groot tekort aan popmuziek op Hilversum 3 dat was opgezet als alternatief voor de populaire Radio Veronica, dat praktisch van uur tot uur, uitgezonderd bijvoorbeeld met programma’s als ‘Jukebox’ en ‘Men vraagt en wij draaien’ wel de popmuziek echt de hoofdrol liet spelen in haar programmering en sinds 1 januari zich wel ‘popstation’ mocht noemen.
Tot zover andermaal een aflevering van Media, Muziek en andere Herinneringen en de deur naar 1965 blijft ook in de volgende aflevering voor U openstaan.
Gebruikte literatuur en archieven: Trolleyberichten, Special Groningen, november 2005, Nederlandse Trolley Vereniging, Arnhem.
Revue, Nederlands Familieblad, jaargang 1965 week nr 48.
Blokker festival in de jaren 1956-1966, Peter Smit, NHD/ Alkmaar, maart 1975.
Winkler Prins Jaarboek 1965
Muziek Parade Jaargang 1965
Knipsel en Foto Archief Hans Knot
Foto Louis Armstrong: Henri Hoogewoud