Oud minister over Radio Noordzee Nationaal

op .

dancona‘Joh, laat het allemaal maar vrij’. Dat was, vertelt oud-minister Hedy d’Ancona, zo’n beetje de houding van politiek Den Haag toen begin jaren ’90 commerciële omroep in ons land zou worden toegelaten. Hedy d’Ancona, die dezer dagen 78 wordt, had haar handen vol aan het bewaken van de belangen van Hilversum: haar collega’s in het kabinet Lubbers 3 hadden behoorlijk genoeg van de publieke omroep die alleen maar de hand ophield en nooit eens zelf met ideeën kwam om het allemaal wat doelmatiger te maken. Achteraf heeft ze er spijt van dat er niet veel meer eisen aan ‘de commerciëlen’ zijn gesteld.


Bijna een kwart eeuw later haalt de oud-bewindsvrouw herinneringen op voor het boek ‘Radio Noordzee Nationaal’ van René van den Abeelen; één van de vier eerste presentatoren van het station. Hij besloot dat het niet genoeg was om zijn eigen verhaal en dat van een twintigtal vroegere collega’s op te schrijven en maakte een tweede druk waarvoor hij contact opnam met de PvdA-minister die omroepgeschiedenis schreef. En met haar topambtenaar van toen: Harry Kramer. Die doet uit de doeken hoe die nieuwe wetgeving destijds tot stand is gekomen en kijkt terug op de perikelen rond de geruchtmakende frequentieverdeling waarbij onder meer Sky Radio en 538 er naast grepen. Hùn protesten en die van mensen als Erik de Zwart waren volgens hem een gevolg van 'hun beperkte blik’.

Eind jaren ’80 en begin jaren ’90 van de vorige eeuw waren commerciële radio en televisie vaak het gesprek van de dag. De Nederlandse overheid had eerder al afgerekend met de populaire zeezenders en probeerde nu met onhoudbare regelgeving commerciële initiatieven te voorkomen: alleen buitenlandse zenders mochten worden doorgegeven. Nederlandse bedrijven kwamen er niet aan te pas, wat leidde tot de roemruchte u-bochtconstructies. Tot het echt niet langer kon worden tegengehouden en op 13 juli 1992 de eerste machtiging voor een Nederlands commercieel radiostation werd uitgereikt aan Radio Noordzee Nationaal. Datzelfde station sleepte anderhalf jaar later de eerste bijna landelijke fm-dekking in de wacht en heeft al met al dan ook een belangrijke plek in de Nederlandse mediageschiedenis veroverd.

Hoe beleefde Jerney Kaagman haar kantoorbaan bij het station? Waarom stapte (oud-Ster directeur) commercieel adviseur Chris Smeekes van het ene op het andere moment op? Wat had Will Luikinga met Radio Noordzee Nationaal te maken? Was Marc Jacobs echt de goedkoopste dj van het station? Hoe zaten die 1-aprilgrappen in 1996 en ’97 ook alweer in elkaar? Wat was dat nou met Peter Teekamp en dat radiostation Holland Glorie?

René van den Abeelen beschrijft hoe het er vanaf de eerste dag aan toeging en dat maakt dit boek tevens een uniek verslag van een radiostation-in-opbouw. Uit alle geledingen van de organisatie komen collega’s aan het woord: dj’s, technici, medewerkers van management, commercialverkoop, secretariaat en publiciteit. Het boek bevat veel smakelijke anekdotes, doet een aantal onthullingen en geeft een goed beeld van wat er eigenlijk allemaal speelt bij zo’n radiostation, waar de luisteraar geen flauw idee van heeft.

Lezers hebben exclusief toegang tot bonusmateriaal op internet met nog meer foto’s uit eigen archief dan de twintig pagina’s die in het boek zijn opgenomen, en ook historische geluidsfragmenten van onder meer het moment dat op 1 april 1994 om middernacht de etherfrequenties in gebruik werden genomen.


De paperback telt 150 pagina's op formaat 170x240 mm, wordt in eigen beheer uitgegeven en is bij elke boekhandel te bestellen, ook online en ook als e-book.

Radio Noordzee Nationaal, isbn 9789402138276, € 29,95

Als e-book: isbn 9789402138283, € 7,50


Foto: oud minister Hedy d'Ancona (Copyright: Rene van den Abeelen)

Bron/tekst: Rene van den Abeelen